Skip to content
sigarettenpeuk

Maar…alle mannen kijken porno

Als jouw partner porno kijkt of seksverslaafd is, dan heb je deze reactie vast wel eens gehoord. Van je partner wellicht, toen je hem vertelde dat je er helemaal niet blij mee bent dat hij porno kijkt. Of van je zus of goede vriendin toen je probeerde haar te vertellen hoeveel pijn je hebt omdat je man zijn pornovrouwen liever heeft dan jou. Of misschien is het een klein stemmetje diep in jezelf die deze woorden tegen je zegt: ‘maar alle mannen kijken porno’.

En stil in jezelf klinken dan wellicht de woorden die erop lijken te volgen: ‘ …. dus ik moet niet zo moeilijk doen; ik moet zijn pornogebruik maar gewoon accepteren; ik moet mijn pijn boosheid, angst en walging maar diep wegstoppen, want het is normaal wat hij doet.’

Zou het trouwens waar zijn? Kijken alle mannen porno? Niemand die dat precies kan vertellen en een zoektocht op internet levert tegenstrijdige informatie op. Ik beperkt me daarom maar tot het onderzoek ‘De opwinding voorbij van het Ivo (2011) dat stelt dat ongeveer driekwart van de mannen ooit wel eens tijd heeft besteed aan online pornografie.

Het is dus waar dat een heel groot deel van de mannen ooit in zijn leven porno heeft gezien. Het betekent echter niet dat 75% van de mannen ook porno kijkt. Van die 75% zal een deel immers tijdens zijn kinder- of tienerjaren geconfronteerd zijn met porno, zonder daarna het porno kijken voort te zetten. Een ander deel heeft wel degelijk intensief tijd besteed aan porno, maar heeft daarmee gebroken.

Kortom: niet alle mannen kijken porno, maar pornogebruik komt natuurlijk wel heel veel voor. Zoveel dat je inderdaad bijna gaat denken dat het normaal is, en dat je als vrouw niet zo moeilijk moet doen erover. Sterker nog: ben je als vrouw wel helemaal normaal als je porno niet normaal vindt?

Ik moet dan meteen denken aan iets wat mijn opa mij vroeger vertelde. Als klein jongetje was het al heel gebruikelijk om te roken. Hij was tien jaar toen hij al regelmatig iets opstak. 10 jaar! Onvoorstelbaar. Maar in die tijd was het normaal; ‘iedereen’ rookte. Toen ik opgroeide, was roken nog steeds vanzelfsprekend om te doen. Niet op mijn tiende, maar wel vanaf de tweede klas van de middelbare school. Ik, en veel van mijn klasgenoten, staken in de pauze één of meerdere sigaretten op. Mijn kinderen vinden dat onbegrijpelijk. Zij leven in een tijd waarin roken veel minder vanzelfsprekend en stoer is. Zij vinden het vies en stom en zeker niet normaal. Zij zijn immers opgegroeid met de wetenschap dat roken enorm schadelijke gevolgen heeft. Zij zijn goed geïnformeerd en kunnen en durven ‘nee’ te zeggen.

Als iets door veel mensen wordt gedaan, lijkt het normaal. Maar iets wat normaal lijkt, is daarmee niet automatisch goed. Dat geldt voor roken, en dat geldt voor porno. Ook porno heeft schadelijke gevolgen. Zowel voor degene die de porno gebruikt, als voor zijn of haar partner en relatie. Dat mag je in je achterhoofd houden, elke keer dat je – door je partner, je omgeving, of dat stemmetje in jezelf – geconfronteerd wordt met die woorden dat alle mannen porno kijken.

En bid je dan met mij en vele anderen mee? Dat er in ons land steeds meer bekend gaat worden over de schadelijke gevolgen van het kijken naar porno? Dat porno steeds minder normaal zal worden en dat er steeds meer mannen en vrouwen een krachtig ‘nee’ durven te zeggen tegen porno? Want porno is niet normaal. Nooit.

Anita

Back To Top